Designerdrugs, zombiedrugs (beter gekend als flakka), smartdrugs. Het zijn slechts enkele van de nieuwe soorten drugs waarover de media steeds vaker berichten. Maar hoe werken die nieuwe soorten drugs? Welke gevolgen zijn er voor de maatschappij? En welk beleid voert het Openbaar Ministerie? Lode Vandaele, referentiemagistraat ‘drugs’ bij parket West- Vlaanderen, klaart het uit.
De nieuwe soorten drugs zoals designerdrugs of flakka (zombiedrugs) zijn “nieuwe psychoactieve, synthetische stoffen die een opwekkende werking hebben, vergelijkbaar met speed of cocaïne”, duidt Lode. “Ze zijn een aanvulling op de klassieke drugs zoals cannabis, XTC, cocaïne en speed. Alleen heb je minder nodig om tot hetzelfde effect te komen dan de klassieke drugs. Bovendien zijn de nieuwe soorten drugs goedkoper.”
Het gevaar schuilt vooral in het grotere cravingeffect. “De drang om snel terug drugs te nemen, is bij deze nieuwe soorten drugs sterker aanwezig dan bij andere soorten. Dit verhoogt de kans dat mensen in een spiraal van overdreven gebruik terechtkomen. Bij flakka bijvoorbeeld, kunnen mensen verward en agressief zijn of hallucinaties hebben. Wanneer je zo iemand in het straatbeeld ziet, is dat voor veel mensen schrikken.”
Dat tegenwoordig vooral nieuwe drugs de ronde doen in de samenleving, wil de referentiemagistraat niet gezegd hebben. “De klassieke drugs zijn niet verdwenen. Wat we wel vaststellen, is dat de nieuwe psychoactieve drugs zoals flakka niet zozeer gebruikt worden door nieuwe druggebruikers, maar opgepikt worden door mensen met een lang drugsverleden. Het kan bijvoorbeeld zijn dat heroïnegebruikers overschakelen op flakka. Wat vreemd is, gezien heroïne eerder kalmerend is en een soort high geeft en flakka daarentegen net een opwekkende drug is.”
De drugsproblematiek heeft gevolgen op allerlei vlakken. “Het werkt ontwrichtend op microniveau, op het niveau van de gebruiker en zijn individuele leefwereld. Wanneer bijvoorbeeld een jongere drugverslaafd is, kan diens toekomst in belangrijke mate gehypothekeerd worden door zijn verslaving. Daarnaast kan het ook ontwrichtend werken op intrafamiliaal vlak (directe leefomgeving) en op sociaal-economisch vlak. Op macroniveau heb je de zware drugscriminaliteit die gepaard gaat met veel geldgewin en zelfs geweld, die de reguliere economie aantast en voet aan wal kan krijgen in alle geledingen van de maatschappij, zoals in Latijns-Amerika.”
Kort op de bal spelen
Doordat de gevolgen groot zijn, speelt het Openbaar Ministerie kort op de bal en is het waakzaam voor de drugsproblematiek en voor nieuwe drugsvarianten. “Sinds 2017 is een Koninklijk Besluit over de regeling van verdovende middelen en psychotrope stoffen van kracht. Vooraleer dit KB er was, werd drug per drug of stof per stof verboden. De truc voor de criminelen was toen om een klein stukje in de chemische structuur van de drug te veranderen, waardoor die buiten de strafwet viel. Sinds 2017 kan dat niet meer, aangezien dan chemische families of groepen van psychoactieve stoffen strafbaar werden. De nieuwe psychoactieve stoffen zoals de designerdrugs en flakka vallen dus ook onder de Belgische drugswet.”
“Doordat dit in andere landen niet altijd zo is, krijg je varianten van de nieuwe psychoactieve stoffen waarbij één variant strafbaar is in een bepaald land, maar andere varianten (nog) niet. Die varianten zijn dan vrij verkrijgbaar en circuleren makkelijk door Europa, waar ze snel een afzetmarkt vinden. Op die manier komen nieuwe varianten ons land binnen. De misdaad probeert altijd voorop te lopen en manieren te zoeken om buiten de drugswet te vallen.”
“De drugswet is geen doel op zich maar een middel om te zorgen dat onze maatschappij goed werkt en het maatschappelijk weefsel zo gezond mogelijk blijft. Het gaat daarbij om de gezondheid van de individuele gebruikers, maar ook om de volksgezondheid van de samenleving in het algemeen. Een goed drugsbeleid heeft een geïntegreerd verhaal van meerdere partners, waarbij we als procureur enerzijds de strijd aangaan met drugscriminelen (war on drugs). België is een internationaal handelscentrum met verschillende belangrijke havens, langs waar drugs binnengesmokkeld worden. De infrastructuur die voorhanden is, wordt door criminelen graag misbruikt. Dat proberen we te voorkomen. Anderzijds zijn we als procureur ook een soort maatschappelijk werker die de individuele druggebruikers weg van de drugs probeert te krijgen.”
"Als procureur ga je langs de ene kant de strijd aan met drugscriminelen en langs de andere kant ben je een maatschappelijk werker die individuele druggebruikers weg van de drugs probeert te krijgen."
“Daarbij maken we onderscheid tussen de drugscriminelen en drugsverkopers langs de ene kant en de druggebruikers en drugsverslaafden aan de andere kant. Bij drugsverslaafden moeten we een interne motivatie creëren en ernaar streven dat het probleem in een eerste fase opgelost kan geraken met preventie en/of hulpverlening. Indien dit niet lukt, kan Justitie als externe motivator optreden en via een aanklampende werking de persoon een duwtje in de rug geven. Justitie heeft daarbij niet als doel om de persoon te criminaliseren, maar net ervoor te zorgen dat hij of zij niet in een negatieve spiraal terechtkomt.”
Zorgen dat het goed blijft in de samenleving
“We brengen recreatieve druggebruikers vooral de norm in herinnering. Er wordt vanuit gegaan dat het om een eenmalig gegeven gaat, waarbij we duidelijk zeggen ‘drugs zijn gevaarlijk en de norm is: gebruik geen drugs of anders kom je in de problemen’. Die norm in herinnering brengen, kan bijvoorbeeld via een (onmiddellijke) minnelijke schikking. Je kan het vergelijken met wanneer je met de fiets rijdt en je achterlicht niet werkt. Je kan daar een boete voor krijgen, maar je bent dan niet meteen een verkeerscrimineel. Dat is net hetzelfde met druggebruikers. Anders is het met verslaafde druggebruikers. Daar wordt echt wel op de problematiek gewerkt via bijvoorbeeld een pretoriaanse probatie (waarbij hulpverlening wordt ingeschakeld) of via bemiddeling en maatregelen of drugsbehandelingstrajecten (waarbij wordt samengewerkt met Justitiehuizen).”
Bij het parket West-Vlaanderen, waar de referentiemagistraat actief is, wordt sterk opgetreden om de samenleving gezond te houden en nieuwe soorten drugs een halt toe te roepen. “In West-Vlaanderen heb je langs de ene kant de zee en langs de andere kant de Nederlandse en Franse grens. Dat brengt specifieke problemen met zich mee. In specifieke delen van West-Vlaanderen is er in een bepaalde groep een sterk gebruik van flakka, terwijl we vanuit Noord-Frankrijk worden geconfronteerd met drugskoeriers. We hebben projecten lopen waarbij we ontradend te werk gaan. ”
“Voor zware drugscriminelen en drugsverkopers die puur op geldgewin uit zijn, hanteren we een strenge aanpak en geven we een daadkrachtig antwoord. We zijn scherp voor mensen die geld verdienen op de kap van anderen. Afhankelijk van de ernst worden die mensen via een dagvaarding of via snelrecht naar de rechtbank verwezen en zo nodig vragen we de aanhouding aan de onderzoeksrechter. We werken maatgericht, waarna de rechter een gepast antwoord geeft. Is het doel daarbij te komen tot een drugsvrije samenleving? Zelfs al zouden wij dat willen, dan is dat een utopie. Maar door onze permanente inspanningen kunnen we er wel voor zorgen dat het goed blijft in onze samenleving."
Artikel uit KortOM, het digitale magazine van het Openbaar Ministerie
>> Het volledige OM-magazine lezen?